Lesmethoden groep 6


Het werken/leren in groep 6

Vanaf groep 6 werken de leerlingen nog meer gericht en gaan steeds meer de diepte in. Met de kinderen werken we naar een grotere zelfstandigheid. Dit komt onder andere tot uitdrukking bij het werken aan de weektaak en de dagtaak. De taken worden groter. Van de kinderen wordt meer en meer verwacht dat ze hun eigen werk kunnen plannen. Dit is moeilijk en kinderen hebben hier regelmatig begeleiding bij nodig. Daarnaast leren kinderen ook kritisch naar hun eigen gemaakte werk te kijken. Het zelf nakijken van het werk levert hier een bijdrage aan. De kinderen krijgen ook een individuele taak (de i-taak) waarbij ze op hun interesse, kennis en kunde speciaal afgestemde stof krijgen aangeboden.


De lesstof

Rekenen

Tijdens het rekenonderwijs in groep 6 maken we een begin met het cijferen. Daarnaast blijft het hoofdrekenen belangrijk, net als het op verschillende manieren uitrekenen van een som. In de loop van groep 6 wordt begonnen met de breuken. Een lesblok sluiten we af met een toets. Op grond van de resultaten maken kinderen herhalings- of verrijkingsstof.

Taal

In de taalmethode Taalverhaal is het verhaal de rode lijn door het jaar heen. In groep 6 beginnen we met woord- en zinsdeel benoemen. Belangrijk is bijvoorbeeld is het herkennen van onderwerp en persoonsvorm. Daarnaast besteden we aandacht aan woord- en zinsbouw. Aan het eind van groep 6 maken de kinderen langzaam kennis met de werkwoordspelling. Het gaat hierbij om werkwoordsvormen waarbij de gewone spellingsafspraken kunnen worden toegepast. Specifieke afspraken rondom werkwoordspelling komen aan bod in groep 7.

Met de digibordmethode Leeslink kijken we naar de verhaallijn, de structuur van het verhaal en het begrip van de tekst. Ook gebruiken we incidenteel Nieuwsbegrip. Dit is leren met het nieuws van de dag. De tekst is actueel en is iedere week van internet te downloaden.

Overige vakken

Met aardrijkskunde behandelen we Nederland. In elke les oefenen we met de topografie van Nederland. Daarnaast komen onderwerpen aan de orde als steden, landbouw, landschappen en waterland.
Met de geschiedenislessen beginnen we met de prehistorie. Verschillende onderwerpen komen chronologisch aan bod. De methode besteedt veel aandacht aan de tijdsbalk en het begrip van tijd.

Door bij de wereldoriënterende vakken zoals geschiedenis, aardrijkskunde en natuurfilmpjes, verhalen en ander beeldend materiaal te gebruiken, worden de onderwerpen betekenisvoller en interessanter.

Documentatiecentrum

Ook in groep 6 werken de kinderen een uur per week in het Documentatiecentrum. De kinderen werken in tweetallen aan een onderwerp dat hen aanspreekt. Daarbij gebruiken ze informatie uit boeken en van internet. Belangrijk is het leren omgaan met deze informatie en bruikbare informatie weten te filteren. De nadruk ligt in groep 6 op het maken van samenvattingen en het schrijven in eigen woorden.

Computer

De kinderen krijgen een programma op de computer aangeboden, waarmee ze begrip en praktijk van het werken met een tekstverwerkingsprogramma uitbreiden en meer eigen maken.

Huiswerk

In groep 6 krijgen leerlingen incidenteel huiswerk mee. Het gaat dan vaak om het zoeken van krantenartikelen, maar ook om het leren van toetsen voor bijvoorbeeld geschiedenis en aardrijkskunde. Het leren om te leren staat hierbij centraal.